Als we één specifieke trend moeten geloven, staat Nederland komende zondag in de finale van het EK voetbal. Dat heeft te maken met de nationaliteiten van scheidsrechters.
Zoals breed uitgemeten op het Instagram-account van Betus.sports, is er al jarenlang een trend gaande waarbij het land waaruit de scheidsrechter komt die de finale van het voorgaande EK floot, de finale haalde tijdens het volgende EK. Deze reeks houdt aan sinds 2004.
In 2004 floot de Duitser Markus Merk de EK-finale, waarna Die Mannschaft vier jaar later in de finale mocht aantreden tegen Spanje (0-1 voor de Zuid-Europeanen). Dat duel werd dan weer gefloten door de Italiaan Roberto Rosetti, wiens thuisland in 2012 tegen wederom Spanje aantrad. Ook ditmaal won Spanje de partij.
Artikel gaat verder onder video
De EK-finale Italië-Spanje werd toegewezen aan Pedro Proença, een Portugees. En ja hoor, Portugal vond zichzelf in 2016 terug in de EK-finale, waarin het in de verlenging Frankrijk versloeg door een doelpunt van Eder. Die finale stond weer onder leiding van de Engelsman Mark Clattenburg. Vier jaar later verloor Engeland in de finale van Italië, na strafschoppen.
En wie was er op 11 juli 2021 de leidsman? Juist, Bjorn Kuipers. Als deze trend zich doorzet, krijgt ook het Nederlands elftal een plekje in de EK-finale tegen Spanje of Frankrijk. Helaas voor de Nederlandse fans won vaak de tegenstander van het land waaruit de scheidsrechter de EK-finale vier jaar eerder had gefloten. Alleen Portugal in 2016 kon deze ‘vloek’ doorbreken.