NOS Sport•
-
Luuk Blijboom
redacteur NOS Sport
-
Luuk Blijboom
redacteur NOS Sport
NOC*NSF heeft 64 dagen voor het begin van de Olympische Spelen van Parijs met afgrijzen kennis genomen hoe de vier formerende politieke partijen PVV, NSC, VVD en BBB de komende jaren met de (top)sportsector willen omgaan.
“Wij zijn enorm geschrokken van het akkoord op hoofdlijnen”, zegt Marc van den Tweel, algemeen directeur van de nationale sportkoepel. “Er dreigt een enorme kaalslag. Dit heeft de Nederlandse sport in de laatste tientallen jaren nog nooit meegemaakt. Dit is echt heel erg slecht.”
Volgens de sportkoepel komt de financiële basis van de Nederlandse topsport en de sportverenigingen flink in gevaar. Met name de voorgenomen verhoging van de kansspelbelasting leidt tot een dramatische daling van inkomsten voor de sport met ruim 12 miljoen euro per jaar. Dat blijkt uit een doorberekening van de maatregelen door NOC*NSF.
De meest opvallende maatregel voor de sport uit het hoofdlijnenakkoord is de verhoging van de kansspelbelasting met 7,3 procent. Hierdoor zal de jaarlijkse afdracht uit de loterijgelden aan de georganiseerde sport naar verwachting met 12,5 miljoen euro dalen, van ruim 52 miljoen in 2024 naar 39,5 miljoen euro in 2025.
Desastreus effect
“Daar zit de grootste pijn”, zegt Van den Tweel. “De afdracht van de Nederlandse Loterij naar de georganiseerde sport gaat in dit coalitieakkoord met 25 procent naar beneden. Dat heeft een desastreus effect op het fundament van sportbonden en -verenigingen. Dat gaat iedere sporter merken. Dit is ongekend in de Nederlandse sport.”
We willen niet dat deze plannen van tafel gaan, ze móeten van tafel
“De sport in Nederland drijft op deze afdracht”, vervolgt hij. “En die sport dreigt hiermee kopje onder te gaan.”
Andere zorgwekkende maatregelen zijn onder meer een budgetkorting van 10 procent bij de overheveling van specifieke uitkeringen naar gemeenten, het ontbreken van investeringen in topsport en de verhoging van de btw op tickets voor sportevenementen van 9 naar 21 procent.
“Dan hebben we het over een besparing van 30 miljoen euro per jaar”, berekent Van den Tweel. “En dat over een periode van een aantal jaren, als het aan deze vier politieke partijen ligt. Dat gaat over sportaccommodaties en buurtsport. In iedere stad, dorp en wijk gaan de mensen daar echt de gevolgen van ondervinden. Dit gaat ten koste van de infrastructuur van de sport.”
Draconische bezuinigingen
“Op de korte termijn zal de breedtesport het meest merken van deze maatregelen, wanneer die worden ingevoerd. Accommodaties komen onder druk te staan. Verenigingen en bonden kunnen hun werk niet meer goed doen. Naar alle waarschijnlijkheid zullen daar ook ontslagen plaatsvinden als deze draconische bezuinigingen doorgaan.”
“En dat terwijl in het akkoord op hoofdlijnen staat te lezen dat sporten en bewegen ongelofelijk belangrijk zijn voor een vitaal en gezond Nederland”, vervolgt Van den Tweel. “We waren heel blij met die woorden, omdat daar al jaren geen sprake van was geweest. In het fundament daaronder, stuiten we op het tegenovergestelde.”
Het nieuwe kabinet denkt door de bezuinigingen geld te verdienen. “Ik vrees echter dat de uitkomst ervan het tegenovergestelde gaat opleveren. We hebben in ons land nu al te maken met een beweegcrisis. Laten we onze sport in Nederlands alsjeblieft niet verloren gaan.”
Flinke zorgen
In olympisch Parijs zal de Nederlandse sport de gevolgen van de plannen nog niet aan den lijve ondervinden, zegt Van den Tweel. Dat neemt niet weg dat de algemeen directeur van NOC*NSF zich flinke zorgen maakt voor de volgende lichting topsporters, die zich richten op de Zomerspelen van 2028 in Los Angeles en vier jaar later in Brisbane.
“Als je de topsport in Nederland in de toekomst overeind wil blijven houden, moet je blijven investeren in de top- en breedtesport. Ik kijk met enige ongerustheid, om het maar eens mild uit te drukken, naar de komende Olympische Spelen.”
Tot die tijd kan Van den Tweel slechts hopen op een uitnodiging om zijn noodkreet binnenkort ten overstaan van PVV, NSC, VVD en BBB te herhalen, in de hoop de vier partijen zo op andere gedachten te brengen.
“Dit regeerakkoord gaat over trots. Wat wij willen bereiken, is dat we met z’n allen trots kunnen zijn op de Nederlandse sport. Waar we nu mee te maken krijgen, is pure kortetermijnpolitiek. We willen niet dat deze bezuinigingsplannen van tafel kunnen. Ze móeten van tafel.”